in de naam van de hond is een bundel met grote gedichten. het zijn taalspelerijen die eigenlijk kleine verhaaltjes zijn, of zijn het gewoon aaneengeregen zinnen? ik vind het heel leuk om een bundel als deze eens te lezen. je kunt er ook steeds weer in kijken om weer nieuwe woordspelletjes te ontdekken, maar het ontroert me niet en het boeit me ook niet. pfeijffer maakt in deze bundel poëzie die voor iedereen anders is, niets is de waarheid en slechts kleine beelden liggen vast. het doet me denken aan peter verhelsts tongkat. ook dat is een aaneenschakeling van beelden en verhalen die absurd worden, niet kloppen, van het een in het ander overgaan. maar waar tongkat nog een verhaal heeft, of eigenlijk stukjes van een verhaal, heeft een gedicht geen vastigheid meer. soms een gedicht in een gedicht, soms weten we door de titel of door één zin, welke kan we op worden gestuurd. het is natuurlijk heel avontuurlijk, maar mijn smaak is het niet. dat komt misschien nog, ooit. want soms ben je er gewoon nog niet klaar voor. ik kan me zo voorstellen dat je deze bundel steeds weer pakt en weer nieuwe dingen ontdekt en weer verder mijmert, maar daar neem ik de tijd niet voor. daar gaat het leven te snel voor. dat klinkt eigenlijk wel een beetje gestrest. misschien iets als goed voornemen voor het nieuwe jaar, om meer moderne gedichten te gaan lezen.
naar een recensie op derecensent.nl
naar een recentie op 8weekly.nl
een bespreking op kb.nl
marc van oostendorp over deze bundel
naar een recensie op derecensent.nl
naar een recentie op 8weekly.nl
een bespreking op kb.nl
marc van oostendorp over deze bundel
Reacties
Een reactie posten